Lied 14: Mijn ik zit op de troon

Tekst: L.G.C. Ledeboer
Melodie en zetting: Dick Sanderman

1. Mijn ik zit op de troon,
waardoor ik Jezus hoon,
maar wil het niet bekennen
vóór Jezus tot mij komt
en mijne schuld opsomt
en m' aan Zijn dienst doet wennen.

2. Mijn ik zit op de troon,
Waardoor ik Jezus hoon
en sla in 't aangezichte;
mijn ik de Heere keert
en Zijne werken weert,
tot Hij mij komt verlichten.

3. Mijn ik zit op de troon.
'k Ontsteel de Heer' Zijn kroon
en eer Hem met de lippen.
Mijn hart is ver van Hem;
ik hoor niet naar Zijn stem
en laat Zijn Woord m' ontglippen

4. Mijn leven is de Heer',
Die ik geheel begeer
te dienen met verstande;
met mijn geheel gemoed,
met alle kracht en spoed,
Die mij sloeg in Zijn banden.

5. Mijn sterven elke dag
aan 't eigen: ik vermag
alleen door Zijn genade;
Zijn wil, mijn wille doodt,
Die mij bewaart in nood
en leidt op Zijne paden.

6. O, onbegrijp'lijk heil;
o, liefde zonder peil.
O, eeuw'ge Levensbronne;
Fontein van alle goed.
Schijn in mijn hart Uw gloed;
verwarm mij, Levenszonne!


Terug naar het liederenoverzicht