Lied 69: Spreek, Heere, Uw knecht hoort

Tekst en muziek: César Malan
Vertaling: Willem van Gent/Karlo Reiziger
Zetting: Dick Sanderman

1. Spreek tot Uw knecht, doe mij Uw woorden horen,
zei tot de Heer', de jonge Samuël.
Ach, dat mijn hart deze wegen bekoren,
zoals die ziener van 't volk Israël.

2. Spreek tot Uw knecht, doe mij Uw Woord verwachten,
dat ik Het lees van hindernissen vrij.
Als ik verlost ben van aardse gedachten,
door Uwe Geest, ik heel dicht bij U zij.

3. Spreek tot Uw knecht, als ik Uw Boek ga lezen.
Bewaar in mij het heilig onderwijs.
Leer mij gewillig gehoorzaam te wezen;
volgend Uw stem als een liefdebewijs.

4. Spreek tot Uw knecht, ja, spreek in mijn geweten,
als ik herinner in de nacht, alleen,
dat U zo heilig en niet af te meten,
mij altijd ziet en volgt overal heen.

5. Spreek tot Uw knecht, als ik word onderwezen
door vader of door moeder liefderijk.
Dat ik zal streven vol achting te wezen
en daaruit mijn onderworpenheid blijk'.

6. Spreek tot Uw knecht, o Heere, maak genegen,
wanneer op school men van mij vraagt mijn plicht.
Dat ik mijn taak (ook al valt het eens tegen)
zonder vertragen die krachtig verricht.

7. Spreek tot Uw knecht, wil mijne ziel doorgronden.
Ach, maak mijn hart echt nederig en klein.
Blust U mijn vlam van hoogmoedige zonden.
Leer mij zachtmoedig en vriend'lijk te zijn.

8. Spreek tot Uw knecht, laat Uwe Geest mij leren,
Uw sterke hand mij leiden op mijn baan.
Dat ik mij steeds van het kwaad af zal keren;
verbonden aan Uwe wet voort te gaan.

9. Spreek tot Uw knecht, wil mij voortdurend geven,
dat mijne ziel U leert te volgen, stil;
dagelijks meer, om aan 't eind van mijn leven
tot U te gaan, smeek ik om Jezus' wil. Amen.


Terug naar het liederenoverzicht