Lied 109: Lijden in ziel en lichaam

Tekst: Willem Sluiter
Melodie: Michael Praetorius
Zetting: Jan Bonefaas

1. Wat lijdet Gij hier al voor mij,
Lam Gods, gedwee en stille.
Mijn Middelaar, wat zijt Gij zwaar
vermoeid om mijnentwille.

2. Een diep gekwel, ja, angst der hel
en Uwes Vaders toren,
Uw droeve ziel, zo overviel,
alsof ze ging verloren.

3. Uw lichaam droeg, laat ende vroeg,
smaad, banden, wonden, slagen.
Ja, na veel nood hebt Gij de dood
des kruises ook verdragen.

4. En zijt Gij niet, in dit verdriet
des lichaams en der ziele,
gezonken neer, opdat Gij, Heer',
den satan zou vernielen?

5. O ja, hij hield mijn lijf en ziel
gevangen in zijn rijke;
die Gij bevrijdt wanneer Gij lijdt
in lijf en ziel gelijke.

6. Gij hebt ze beid' in eeuwigheid
verlost; zij zijn Uw eigen.
O, help mij dan, dat ik ze kan
tot Uwe dienst ook neigen.


Terug naar het liederenoverzicht